Vandaag op het programma één van de activiteiten waarvoor we deze reis hebben geboekt: de Tsingy de Bemaraha. Dit is een gebied met kalksteenformaties die door erosie een landschap met puntige rotsen vormt. Het hoogste deel ('de grote tsingy') heeft pieken van wel 70 m hoog. En om tot een uitzicht over het gebied te komen moet je flink aan de slag.
Het begint in de vroege ochtend met een rit van meer dan een uur naar de juiste ingang van het park. Op de parkeerplaats werden al klimtuigjes aangemeten, die de hele tocht aan moesten blijven. Vervolgens een uitgebreide uitleg over het park en de regels en gebruiken. De Tsingy is bijvoorbeeld een heilige plek, waardoor je niet met je wijsvinger ergens naar mag wijzen. Wijzen doe je met de hele hand of met gebogen wijsvinger. Wel even wennen als je heel veel ziet en anderen dat ook wil laten zien. Andere (logische) regels zijn dat je uiteraard geen dieren mag voeren en geen afval mag achterlaten.
Bepakt met rugzak, water en camera konden we starten. Het eerste stuk redelijk naar beneden, vol in de zon. Gelukkig snel het bos bereikt. Ondanks dat het einde droge seizoen was, bracht het bos toch wat schaduw. Dat scheelde in ieder geval toch iets in temperatuur. In het bos was het heerlijk wild spotten. Veel vogels, maar ook drie soorten lemuren (sifaki, de western great bamboe lemur en de red fronthead brown lemur) en mangoesten. We hadden dus best wel mazzel.
Na ongeveer een uur bereikten we de rotspartijen. Dat betekende camera's weg om twee handen vrij te houden voor het klimmen. De klim was een echte belevenis. Soms ladders, soms kruipen en klauteren door grotten, maar vooral klimmen over (puntige) rotsen. Op de gevaarlijkste plekken konden we ons gelukkig zekeren aan stalen kabels. De beloning wachtte boven. Op een paar vlonders (gelukkig met leuning) hadden we een prachtig uitzicht over de puntrotsen en wijde omgeving. Ook de befaamde hangbrug moest worden overgestoken, waarna langzamerhand de afdaling werd ingezet. Dat blijkt iedere keer toch weer lastiger dan het klimmen. Ook daar gelukkig waar nodig weer kabels om te kunnen zekeren. Halverwege de afdaling in een koele kloof tijd voor de zelf meegebrachte lunch. Een eekhoorn en mangoesten kwamen even buurten om te kijken of er nog ergens kruimels op de grond lagen. Ze lieten zich hierbij nauwelijks storen door onze aanwezigheid.
Na de lunch het restant van de afdaling, gelukkig was dat deel wat minder ingewikkeld. Uiteindelijk stonden we ineens weer in het bos. Snel weer in de 'wildspot-modus' en aan de wandel richting de parkeerplaats. Ook op de terugweg was er, ondanks het latere tijdstip en dus meer hitte, nog genoeg te zien. Nog een laatste klim terug naar de parkeerplaats en de tocht zat er op. Het was echt super.
Terug in het hotel (eind van de middag) was het tijd om te relaxen. Lekker op een bedje langs het zwembad met een koel drankje, dat was welverdiend.
Reactie plaatsen
Reacties