Vandaag geen reisdag, we namen juist de tijd om alle bezienswaardigheden van de stad Anuradhapura, liggend aan de oevers van de Tissa Wewa (een oud kunstmatig meer met eilandjes), te bezoeken. In Anuradhapura proef je de rijke geschiedenis van Sri Lanka. Deze heilige stad was de eerste hoofdstad van Sri Lanka en eeuwenlang bouwden ze hier gigantische stoepa’s, dagoba’s en tempels. Samen met Dambulla en Polonnaruwa, is Anuradhapura onderdeel van de zogeheten ‘culturele driehoek’. Dit waren belangrijke hoofdsteden in de vroegere koninkrijken van Sri Lanka.
De eerste stop van de dag was ook gelijk weer een tempel: Isurumuniya Vihara. Dit is een boeddhistische tempel in de buurt van Tissa Wewa. Er zijn vier gravures van speciaal belang in deze Vihara. Dit zijn de Isurumuniya Lovers, Elephant Pond en The Royal Family. Deze tempel, die is gebouwd tegen een rots, maakte oorspronkelijk deel uit van een kloostercomplex uit de derde eeuw voor Christus. Tussen de vijfde en de zevende eeuw zijn de muren en de platforms versierd met rijk beeldhouwwerk. De tempel is (uiteraard tegen een vergoeding) te bezoeken. Binnen zijn ook veel beelden te zien, waarbij een gigantische liggende boeddha wel het meeste opvalt. Het is zeker een bezoek waard, al ben je er binnen een half uur ook wel weer doorheen.
Sri Lanka is niet alleen een land van heiligdommen als tempels en stoepa's, ook bijvoorbeeld bomen kunnen spiritueel van groot belang zijn. Ook in Anuradhapura staat er een: de Jaya Sri Maha Bodhi (Bodhi Tree). De boom schijnt voortgekomen te zijn uit een stekje van de Indiase Bodhgaya boom, waaronder Boeddha zijn verlichting zou hebben bereikt. Al meer dan 2.000 jaar wordt deze boom onderhouden en beschermd. Het zou naar verluidt de oudste boom ter wereld zijn. Bijgeloof is hier ook iets belangrijks. Bij de boom kun je tegen een donatie een wit touwtje om je pols laten binden, dat zou geluk brengen. Ook bij deze boom weer veel lokalen die voor gebed of meditatie hiernaartoe waren gekomen.
























In de middag was het 'stupatijd' (of is het in het Nederlands 'stoepatijd'?). Ten noorden van de stad staan twee grote stupa's op enkele honderden meters afstand van elkaar. In ieder geval ook nu weer een wijze les in de cursus 'Sri Lanka voor beginners': regel 'tempelsokken'! Zoals al eerder aangegeven mogen veel heiligdommen niet met schoenen worden betreden. Bij het bezoeken van tempels hoeft dat nog niet zo'n probleem te zijn (vooral als het binnen is), maar bij stupa's is het toch wel een dingetje. Stupa's betreedt je niet, je loopt er vooral omheen. En als dat in de brandende zon is, betekent dat een gigantische hete vloer (zeker als het stenen zijn). Zorg dus in Nederland al voor sokken met een goede, dikke zool. Dat scheelt in ieder geval iets. Nu hebben we de lokale mensen veel lol bezorgd, want ondanks dat er op sommige plaatsen juten matten lagen, waren het veel oe's en ah's en vooral veel gehuppel en gespring om het een beetje vol te houden. Gelukkig geen blaren, maar het was best afzien. Grappig dat de lokale mensen het echt zo gewend zijn, dat ze er totaal geen last van hebben.
Hoe dan ook, de eerste bezochte stupa was de hagelwitte Ruwanweli Maha Seyas. Vroeger was dit bouwwerk zo'n 100 meter hoog, maar na verwoestingen en meerdere malen herbouwen is het nu nog 'slechts' zo'n 55 meter hoog. Hoe dan ook nog steeds indrukwekkend. Volgens de verhalen is een gedeelte van de as van Boeddha in de stupa bijgezet, waardoor veel boeddhisten hier komen om dit te eren. Ook dit was dus weer een belangrijke plek, met de nodige drukte tot gevolg. Bij de andere stupa, de Jethawanaramaya, was het wat rustiger. Waar de 55 meter van de eerste stupa al hoog was, deed deze er nog een schepje bovenop: 70 meter. En dan te bedenken dat het bouwwerk eerst 120 meter hoog was. Toen het gebouwd werd, was het het derde grootste bouwwerk op aarde, twee Egyptische piramides waren groter. Hoe dan ook is het de grootste stupa van het land. De Jetavanarama Dagoba, een boeddhistische stupa, is volledig opgetrokken uit bakstenen en is gebouwd in de derde eeuw. Wetenschappers hebben uitgerekend, dat er rond de 90 miljoen klinkers in verwerkt zijn. Rond de stupa zijn nog de restanten te vinden van de onderkomens van de circa 3.000 monniken, die er destijds leefden.
Na een warme dag door Anuradhapura (vooral voor de voeten) wat het nog lekker even afkoelen in het zwembad van het hotel. Daarna genieten van de uitgebreide maaltijd die werd geserveerd. Het tijdverschil begint ondertussen wat te wennen, dus nog even een lekker drankje achteraf was ook nog wel even genieten. Een mooie dag, zin in de rest van de rondreis.
Reactie plaatsen
Reacties